Opzichterswoning en toegangshek van de Noorderbegraafplaats

Horizontal tabs

Beschrijving

Inleiding OPZICHTERSWONING MET TOEGANGSHEK bij de Noorderbegraafplaats, vrijstaand gesitueerd aan de Moesstraat buiten de omheining van de statige Noorderbegraafplaats (aanleg uit 1827) ter rechterzijde van de ingang, gebouwd in 1871 in een ambachtelijk-traditionele bouwtrant. Het hek dateert van 1827 en is vormgegeven in een classicistische stijl. Het gebouw is thans particulier bewoond. Omschrijving Het karakteristieke gebouw is opgetrokken op een in hoofdvorm rechthoekige plattegrond en telt één bouwlaag onder een samengesteld dak (zadeldaken), belegd met een zwarte verbeterde Hollandse pan. De gevels worden beëindigd door een houten bakgoot op sierlijk bewerkte en gebogen klossen. De gevels zijn opgemetseld uit roodbruine baksteen en voorzien van een gepleisterde plint. Het gevelmuurwerk is verlevendigd met dorpelbanden van twee lagen gele baksteen. De voorgevel, die naar de straat is gericht, bevat op de begane grond drie licht getoogde zes-ruits vensters en een voordeur met bovenlicht met suggesties van sluitstenen en negblokken van gele baksteen. De vensters zijn voorzien van natuurstenen onderdorpels. De gevel is voorzien van twee topgevels, die zijn verlevendigd met speklagen van gele baksteen. In de noordelijke, iets hoger opgemetselde topgevel is een gedrukt venster aangebracht met een kruisroedeverdeling in het onderste vensterdelen. De zuidgevel, die parallel gesitueerd is aan een kleine oprit naar het toegangshek, bezit een iets risalerend hoekgedeelte met een topgevel. De gevel is vier raamtraveeën breed en bevat eveneens zes-ruitsvensters met een identieke vormgeving als die van de oostgevel. In de topgevel is een segmentboogvormig gesloten venster aangebracht. Aan de achtergevel is een lagere uitbouw geplaatst onder een lessenaarsdak. Het toegangshek bestaat uit twee in hardsteen uitgevoerde vierkante pijlers met lisenen met verdiepte velden, die aan de bovenzijde rondboogvormig zijn beëindigd. De pijlers worden bekroond door een kussenblok met daarop een doodssymbool in de vorm van een bolvormige pot met vlammen. Tussen de pijlers is een uit twee delen bestaand segmentboogvormig gesloten smeedijzeren hek geplaatst. Waardering OPZICHTERSWONING MET TOEGANGSPOORT bij de Noorderbegraafplaats, gebouwd in een eenvoudige, maar met gevoel voor detail uitgevoerde ambachtelijk-traditionele bouwtrant, behorend bij de niet van rijkswege beschermenswaardige Noorderbegraafplaats, van algemeen belang vanwege hun cultuurhistorische en architectuurhistorische waarde alsmede vanwege hun gaafheid. Het toegangshek uit 1827 is tevens van belang vanwege zijn kunsthistorische waarde en vanwege zijn gaafheid en zeldzaamheid.

Begraafplaatsen. De op een driehoekig terrein in 1827 aangelegde Noorderbegraafplaats (Moesstraat 98) heeft een neoclassicistisch ingangshek met daarnaast de voorm. opzichterswoning uit 1871. Het ernaast gelegen baarhuisje is iets jonger. Een deel van het terrein dient als Isr. begraafplaats. De rechthoekig aangelegde Zuiderbegraafplaats (Hereweg 87) werd in 1828 in gebruik genomen. De opzichterswoning uit 1876 is een eclectisch ontwerp van J.G. van Beusekom. Midden op de begraafplaats bevindt zich de, voor Nederlandse begrippen enorme, marmeren graftombe van de familie Scholten. De Groninger aardappelmeel- en strokartonfabrikant W.A. Scholten ontwierp zelf de in 1882 opgerichte, rijk gedecoreerde graftombe. Plaquettes noemen de landen waar Scholten fabrieken stichtte; ovale reliëfvoorstellingen symboliseren handel, nijverheid en industrie. Boven de koperen deuren is na de dood van W.A. Scholten (†1892) een door P.A. de Leeuw gebeeldhouwde treurende vrouwenfiguur aangebracht met in haar hand zijn buste. Verder zijn onder meer interessant het gietijzeren grafmonument voor de op de Schelde gesneuvelde schout-bij-nacht Jan Evert Lewe van Aduard (†1832) en het in 1862 heropgerichte monument voor de Groninger schutters en vrijwillige jagers die in 1831 te Houthalen en Bautersem sneuvelden. Vermeldenswaardig zijn onder meer de graven van dominee H. de Cock (†1842), voorman van de Afscheiding van 1834, de dichter J.J.A. Goeverneur (†1889), de uitgevers J.B. Wolters (†1860) en P. Noordhoff (†1903), rijksarchivaris J.A. Feith (†1913), de schilder O. Eerelman (†1926) en het familiegraf van de fietsenfabrikanten Fongers. Het recent van een nieuwe aula voorziene R.K. kerkhof (Hereweg 89) is aangelegd in 1873.

Adres

Moesstraat 98
9741 AC Groningen

Openingstijden

Website

Facilities

Reageren

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
Aantal stemmen: 0