Pakhuis Silo/Oslo

Horizontal tabs

Beschrijving

Inleiding

GraanPAKHUIS 'Silo' (ook wel 'Oslo' genaamd) in Overgangsarchitectuur gebouwd naar ontwerp van de gebroeders Gorter voor de firma Gebroeders Laan in 1905 en deel uitmakend van het pellerijcomplex 'Mercurius'. Rechts (O) van het pakhuis bevindt zich het kantoor voor de pakhuischef in dezelfde bouwtrant en aan de achterzijde (N) de grote betonnen graansilo, tegenwoordig met de naam 'Lassie'. Aan de vrij gelegen westkant bevindt zich een lostoren. Het met de lange representatieve gevel naar de rivier gekeerde pakhuis maakt deel uit van het gevarieerde industriële landschap langs de Zaanoevers waarin voedsel-, olie- en houtindustrie domineerden en het vervoer over water een essentiële vestigingsvoorwaarde was.

N.B. De houten opbouw en de buiteninstallatie zijn voor de bescherming van ondergeschikt belang.

Omschrijving

Het omvangrijke, halfvrijstaande pakhuis is in grauw/rood bakstenen kruisverband opgetrokken in vijf bouwlagen onder een met mastiek en kiezels gedekt plat dak. De plattegrond is een rechthoek met aan de westzijde een rechthoekige torenuitbouw over zes bouwlagen. In het grauw/rood bakstenen kruisverband zijn doorlopende gele verblendstenen sierbanden opgenomen, onderbroken in de strekken, en dito blok- en tandlijsten en sluitstenen. Op de lisenen bevinden zich muurankers met krulornamenten. De ramen zijn van ijzer en voorzien van gemetselde afzaten.

De voorgevel (Z) wordt door lisenen en, in het fries uitkragende, pilasters onderverdeeld in elf traveeën met risalieten in de derde, zesde en negende travee. De pilasters bevinden zich op de hoeken en aan weerszijden van de (schijn)risalieten. De zijrisalieten zijn smaller dan de brede middenrisaliet.

De middelste travee heeft laaddeuren op de onderste twee bouwlagen onder segmentbogen, daarboven twee paar door korfbogen gekoppelde rondboogvensters en in de vijfde laag de naam 'Silo' in reliëf. De zijrisalieten hebben een vergelijkbare indeling maar op de vijfde verdieping gekoppelde vensters onder strekken. De risalieten worden afgesloten door een geel-rood bakstenen sierlijst met blokvormige decoraties, de centrale travee met twee blokken meer. De overige traveeën hebben op de begane grond rondboogvensters met ijzeren roedenverdeling. Op de verdieping negenruits ijzeren vensters onder segmentbogen. Het spaarveld van de onderste twee lagen wordt beëindigd door een rood-gele muizentandlijst. In het spaarveld van de bovenste drie verdiepingen, afgesloten door een zaagtandlijst, drie rechte tweeruits vensters. De dakrand heeft natuurstenen ezelsruggen. De pilasters op de hoeken zijn met diamantkoppen afgedekt, de overige met zadeldakjes. De symmetrische linker zijgevel (W) heeft aan weerszijden van de torenachtige uitbouw een enkele travee, de geleding vergelijkbaar met die van de voorgevel, maar blind. De zuidelijke gevel van de uitbouw is twee vensterassen breed met onder rondboogvensters met roedenverdeling als in de voorgevel, op de eerste verdieping getoogde twaalfruits vensters, op de tweede verdieping recht gesloten twaalfruits vensters, op de derde weer getoogde twaalfruits vensters en op de vierde en vijfde getoogde zestienruits vensters. De noordelijke zijgevel van de torenuitbouw is identiek maar over de onderste bouwlagen door een aanbouw aan het zicht onttrokken. De westzijde van de uitbouw telt drie traveeën met in de middelste op de verdiepingen laaddeuren achter ijzeren balustrades, geflankeerd door een travee met een ijzeren rondboogvenster op de begane grond, daarboven drie bouwlagen met een getoogd twaalfruits raam en op de vierde en vijfde verdieping een getoogd zestienruits raam. De rechterzijgevel (O) van het pakhuis is vanaf de tweede bouwlaag in het zicht en heeft vier blinde spaarvelden, door lisenen geleed. De middelste twee zijn hoger opgetrokken, de buitenste twee zijn door tandlijsten beëindigd.

De achtergevel (N) heeft eenzelfde gevelgeleding als de voorzijde maar gaat grotendeels schuil achter de later aangebouwde graansilo.

De inwendige draagconstructie bestaat op de begane grond en de verdieping uit een monolithisch betonskelet. De hogere verdiepingen hebben naar boven toe verjongende ijzeren kolommen met daartussen betonnen vloeren. De lostoren heeft een grenen houtskelet. De roldeuren zijn van ijzer met asbest.

Waardering

Het uit 1905 daterende pakhuis 'Silo/Oslo' is van algemeen belang wegens architectuur- en cultuurhistorische alsook industrieel-archeologische en typologische waarde als historisch-functioneel onderdeel van het pellerijcomplex 'Mercurius' en als kenmerkend en gaaf bewaard voorbeeld van een vroeg 20ste-eeuws grootschalig opslaggebouw ten behoeve van de machinale gortpellerij, opgetrokken in een voor de bouwperiode karakteristieke architectuur waarin historiserende elementen met eigentijdse motieven zijn gecombineerd. Voorts van grote ensemblewaarde wegens de historisch-functionele en ruimtelijke samenhang met de naburige industriebebouwing langs de Zaan.

Adres

Aanlegstraat 1
1531 MG Wormer

Openingstijden

Website

Facilities

Reageren

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
Aantal stemmen: 0