De Rick van der Ploeg interviews (2)

Cultuur heeft ook te maken met kruisbestuiving van kunstvormen, met sociale integratie en met nieuwe technologie, aldus Rick van der Ploeg. Vervolg van het gesprek.

U heeft veel in het buitenland gezeten, u noemde al Engeland en Amerika, maar u zat ook bijvoorbeeld in Italië en Oostenrijk. Kunt u eens een vergelijking maken op cultureel gebied tussen deze landen en Nederland?

‘Wat mij opvalt in Nederland is de grote vrijheid van meningsuiting, die tolerantie. Eigenlijk zie je dat een heleboel dingen hier mogelijk zijn die niet altijd in het buitenland mogelijk zijn. En dan denk ik niet zozeer aan Engeland, maar aan bijvoorbeeld een land als Oostenrijk. De beroemde drama-auteurs Thomas Bernhard en Werner Schwab worden daar toch vooral als nestbevuilers gezien. Een groep als De Trust speelt hun stukken in Nederland toch maar, en met groot succes. Op klassiek gebied is er in Oostenrijk een fantastische cultuur, maar die vrijheid van doen en dergelijke van Nederland vind je niet overal, maar is wel heel belangrijk.

Nederland staat er in het buitenland om bekend dat hier een enorme diversiteit aan culturele uitingen is. Als je kijkt naar het aantal kunstenaars dat we in Nederland opleiden dan is dat te vergelijken met een land als Duitsland. Wij hebben een heel goed cultureel klimaat, probeer maar eens een ander land te vinden waar je op zo’n korte afstand zoveel theaters, zoveel musea, zoveel concerten of zoveel bibliotheken hebt. Ga ergens in de States zitten of in Duitsland, daar vind je dat niet.’

Nederland beleeft een culturele bloei?

‘Natuurlijk, maar daarom hebben we nog wel een agenda, ik zit hier niet om alleen maar op de winkel te passen. Wat mij opvalt als ik buitenlandse gasten heb, is dat zij versteld staan van de culturele diversiteit. Sterker: als ik Hollanders meeneem, gewoon vrienden die niet zo in het culturele wereldje thuis zijn, wijs ik hen erop dat bij wijze van spreken de cultuur bij hen op de stoep staat.

Er is gewoon veel te doen in Nederland; laten we nu niet doen alsof het hier zo slecht is. We hebben nu eenmaal veel mensen opgeleid. Kunstenaar zijn is populair, daarbij helpt de WIK (de Wet Inkomstenvoorziening Kunstenaars) ook een beetje. De vraag is: hoe kun je dat stimuleren, hoe kun je ervoor zorgen dat meer mensen van kunst genieten?

De media inclusief de nieuwe media kunnen ervoor zorgen dat meer mensen van kunstwerken kennis kunnen nemen. Als toneelgroep De Mug met de Gouden Tand een televisieserie Hertenkamp gaat maken voor de VPRO, zijn ze daardoor ook bezig de uitstraling van de cultuur te vergroten.

Als de zeldzame manuscripten van de Koninklijke Bibliotheek met die prachtige kleuren mooi uitvergroot op een schermpje zijn te bekijken, dan is dat ook een vergroting van de uitstraling van de cultuur naar groepen die er normaal misschien niet mee in aanraking zouden komen.

Dat is voor mij een uitdaging en dat is een van de dingen waar ik een beetje mijn bijdrage aan wil leveren deze jaren: de spreiding van de cultuur, de uitstraling van cultuur naar grotere lagen van de bevolking. Dat zie ik als mijn opdracht.

Ook naar nieuwe groepen in de maatschappij zoals de immigranten?

‘Ik denk dat we juist op dat front meer moeten doen; cultuur kan een belangrijk bindmiddel zijn voor integratie. Laatst zag ik een voorstelling van een Surinaamse cabaretier in het Cosmic Theatre in Amsterdam. Dat zaaltje zat vol met Surinaamse mensen. Ik heb me erg geamuseerd. Het was heel grappig hoe hij de Nederlandse mensen een spiegel voorhield van de Nederlandse samenleving.

Ik denk dat dit soort toneel heel belangrijk is. Dus niet alleen traditioneel ‘autochtonen-toneel’. Er is veel culturele diversiteit, heel veel cultuur onder Surinamers of onder Marokkanen. Breng dát eens op de planken.

Ik zal nog een gek voorbeeld noemen. Ik was bij de gay games bij en vrouwencabaret uit Groningen. De hele zaal zat vol vrouwen, op twee na: de vader en de broer van een van de actrices. Dat is nou raar, want het is juist interessant als er veel mannen bij zitten zou ik zo zeggen en datzelfde gold voor het Surinaamse cabaret, daar zat verder haast geen blanke Hollander bij. Dat moet dus anders.

Bij dat vrouwencabaret waren er vier/vijf doventolken en die mimeden dat hele cabaret. Ik moet bekennen: ik zat maar naar die doventolken te kijken. Die deden dat zo expressief. Eigenlijk ‘outperformden’ zij de gewone act. Die mensen die tolkten hadden misschien nog wel meer moeten instuderen dan de acteurs. Ik heb toen gevraagd om na te gaan of er in Nederland ook toneel is voor doven en slechthorenden.

Als we het steeds hebben over de cohesie van cultuur, cultuur als bindende factor, dan vind ik zo’n doventolkmime juist heel boeiend voor niet-dove mensen. Die gebarentaal is echt mooi, zelfs leuker dan mime, ik zou het goed vinden dat mensen die niet doof zijn toch naar zo’n theaterstuk gaan. Zodat doven en niet-doven samen kunnen lachen.

Voelt u zich eerder thuis bij de high culture, bijvoorbeeld een concert in de Schouwburg, het Rijksmuseum, of bij de low culture, zoals de Rolling Stones of liedjes van Nederlandse artiesten?

‘Die vraag wil ik beantwoorden met èn èn. Ik heb niks met die termen. Waarom zouden bijvoorbeeld The Rolling Stones en Annie M.G. Schmidt geen ‘high culture’ zijn? Met ‘low culture’ wordt waarschijnlijk ‘popular culture’ bedoeld. Natuurlijk vind ik dat leuk, wie heeft daar geen affiniteit mee?

Maar daarnaast is er de cultuur die soms wat minder toegankelijk is. Daar heb ik ook veel mee. Ik wil het op de agenda zetten om juist die vormen van cultuur toegankelijker te maken. Als ik kijk naar de stukken van Shakespeare van De Trust, dat is hoogstaand. Daar kan ik iedereen mee naar toe nemen, ook mijn zoontje van tien.

Dat is een fantastisch iets, ik ben ervan overtuigd dat je mensen voor toneel kunt winnen. Mensen die er eerst niet veel voor voelden naam ik mee naar die Shakespeare-voorstelling, ze kwamen laaiend enthousiast terug, ze wisten niet dat toneel zo zou kunnen zijn. Dat is dus zogenaamd ‘high culture’ maar het kan in mijn visie ook ‘popular culture’ zijn.

De kunst krijgt steeds meer te maken met de (nieuwe)  media. Hoe kijkt u daar tegen aan?

‘De nieuwe media vormen een belangrijke uitdaging voor de kunstensector, met name ook voor het cultureel ondernemerschap. Je krijgt allerlei innovatieve vormen van kunstuitingen die er voorheen niet waren. Ik heb laatst een paar kunsthistorici ontmoet die met een paar computernerds in zee zijn gegaan, hen de meest prachtige kunsthistorische beschrijvingen van schilderijen gaven die vervolgens via de computer beschikbaar zijn gekomen.

Dat is dus een innovatieve vorm van een bestaande kunstuiting, weliswaar in de particuliere sector, die zichzelf ook nog lonend heeft gemaakt. Daarom spreek ik van cultureel ondernemerschap. Met de oude media was dit nooit mogelijk geweest. Daarnaast krijg je meer mogelijkheden voor interactieve vormen van kunstbeleving. Dat kan positief doorwerken voor de educatie en de spreiding van kunst en cultuur naar alle lagen van de bevolking.

Traditionelere vormen van kunst moet je openbreken zodat de publieke deelname aan kunstuitingen vergroot wordt. Als je een kunstuiting hebt en er kijken maar twee of drie mensen naar, is dat op zich wel belangrijk, maar nog belangrijker is dat je via nieuwe media bredere lagen van de bevolking ervoor interesseert. Dan vergroot je het maatschappelijk draagvlak voor cultuur en dan krijg je uiteindelijk een nog beter klimaat.’

De klassieke media en de nieuwe media zullen in elkaar schuiven, is de verwachting. Heeft dit nog konsekwenties voor uw cultuurbeleid?

‘Uiteindelijk zal het wel die kant opgaan, op die ontwikkeling moet je bedacht zijnen daar moeten de mensen die werkzaam zijn in de cultuursector op in springen. Ik denk alleen dat het niet zo snel zal gaan als mensen denken. Ik zie bibliotheken, toneelgroepen en mensen in de museale sfeer er al op inspelen.

Ze zien het niet alleen als een bedreiging, maar juist als een uitdaging om de kunst en cultuur onder bredere lagen van de bevolking beschikbaar te maken en dat maakt ook dat je nieuwe doelgroepen aanboort. Het is een vorm van cultureel ondernemerschap waarbij je meer klanten kunt binden aan je cultuuruitingen.'

Circa:
Nee

Tags

Reageren

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
Aantal stemmen: 0