De wereld van de Flevo-kunstenaar, 2 - Hein Walter

Als ik me bij de receptie van woonzorgcentrum Archipel in Almere meld en vraag naar Hein Walter, is de reactie ’Aaah, onze kunstenaar’. Rechtdoor en de laatste ruimte rechts. Ik ben wat te vroeg en hoor enig geroezemoes in deze ruimte.

Ik ga zitten en zie kunstwerken hangen in de ‘wachtruimte’. Inderdaad, een enkele is ondertekend met Hein Walter. Een paar oudere mannen, dan oudere vrouwen en vervolgens een hele groep schoolkinderen komt vervolgens tevoorschijn. Ik kan naar binnen, maar de kunstenaar moet buiten nog wat dingen regelen.

Zorgkunst

Twee oude mannen zitten nog tekeningen te maken met kleurkrijt. Een zwart poedeltje drentelt heen en weer.  ‘Nina’ heet het hondje, hoor ik. In een kast zie ik kunstboeken, sommige heel lijvig, in andere kasten ingelijste werken, netjes in het gelid. Op een tafel aan de zijkant potjes verf, open, en verfkwasten. Op de grote tafel in het midden zijn tekeningen achtergebleven. Ik zie een doos met Caran d’Ache kleurpotloden. 

Hein Walter heeft wat zaakjes afgehandeld en begint aan zijn verhaal. “Ik ben zelfstandig kunstenaar, maak vrij werk en daarnaast ben ik ‘zorgkunstenaar’. Hier in Archipel, maar ook daarbuiten, doe ik zorgkunstprojecten. Kunst wordt ingezet voor de sociale ontwikkeling van mensen. Met kunst brengen we mensen bij elkaar. Daarbij is het kunstwerk een middel, en niet het doel.” Walter heeft er een speciale stichting voor in het leven geroepen: stichting De Zijderups.  

Rare types

Zorgkunst omvat niet alleen beeldende kunst, maar ook muziek en literatuur, speciaal poëzie. Walter: “Kunst heeft een belangrijke rol in de samenleving. De afgelopen veertig/vijftig jaar heeft de kunst zich te veel in zichzelf opgesloten. De wereld heeft grote behoefte aan creativiteit en de tijd is rijp dat de kunstenaar zich meer dienstbaar opstelt. Er spelen twee zaken tegelijkertijd: aan de ene kant heeft een zelfstandig kunstenaar de grootste moeite om zijn activiteiten uit te voeren, qua afzet, van de andere kant is er de maatschappelijke wens/ behoefte om kunstenaars een rol in de samenleving te geven.”

Dat blijkt nauw samen te hangen met de originele kijk die kunstenaars op dingen hebben. “Ze hebben vaak veel geestdrift en het zijn vaak ‘rare types’, een soort narren. In naar binnen gerichte instellingen als scholen of ouderencentra kan het heel verfrissend zijn een kunstenaar binnen te laten. De instellingen zelf weten meestal niet hoe ze het aan moeten pakken, maar kunstenaars zijn er heel handig in.”

Creatieve oase

De mensen komen graag in Walter’s ruimte.  Vooral de ‘chaos’ blijkt op prijs gesteld te worden. “Het is hier een creatieve oase. De mensen zijn op hun gemak, mogen zijn wie ze zijn. Er komen hier ook mensen die dementeren, maar als ze hier bezig zijn is hun dementie niet van belang en vaak merk je het ook niet – hun persoonlijkheid is van belang. Er staat klassieke muziek aan en de mensen zijn geconcentreerd. We werken met goede materialen. Goed papier, dure krijtjes. Als vanzelf komen hele gesprekken op gang, over de oorlog bijvoorbeeld, over jeugd, over schoonheid, over filosofische thema’s.”

Er vinden daar ook projecten plaats waar kinderen een rol spelen. Bijvoorbeeld het project De Toekomst. Bij een groep van zeven bewoners komen er enkele schoolkinderen van een naburige school die de gezichten van de ouderen tekenen. Walter laat me een aantal prachtige koppen van de kinderen zien. Het hele jaar door komen er kinderen, steeds vijftien tegelijk, steeds een andere groep tot de hele school is geweest.  

Op het eind van een reeks tekensessies komt er een tentoonstelling. De werken worden mooi ingelijst. Hij laat me een werk zie, ik zie kleurcombinaties, fruit is te herkennen. “Door vier mensen gemaakt, ieder heeft zijn eigen stijl.” Hij laat me tekeningen zien van verschillende personen, sommige tekeningen zijn bijzonder gedetailleerd, andere hebben een meer uitbundige stijl. “Iedereen heeft zijn eigen handschrift. Een tentoonstelling met de ingelijste werken blijkt heel goed te werken voor de eigenwaarde van de makers.”

Dementieproces

Toch blijkt de animo vooral bij de vrouwen te liggen en minder bij de mannen. “De mannen zitten vast aan hun rol, vrouwen zijn beter in loslaten.”  Dat blijkt vooral bij het inzetten van het dementieproces. Walter heeft zijn eigen opvattingen over dementie. ”Dementie is niet zinloos, integendeel. Het denken valt weg, maar het voelen blijft over. Er is veel onverwerkt verleden. Je gaat dingen voelen die je in je leven hebt laten zitten. Als je dat uit, kom je meer in balans. Het is een kans  om voor je overlijden zaken op orde te stellen.”

Als men gaan dementeren vallen barrières en maskers weg. “Ze laten alles los. Er kunnen dingen  gebeuren die ze nooit durfden. Als je aan sommige vrouwen tien jaar geleden had gevraagd of ze wilden tekenen hadden ze gereageerd met ‘dat kan ik niet’. Nu durven ze het wel. Op die manier kunnen ze iemand anders worden. Er is totale onbevangenheid, te vergelijken met de onbevangenheid van kinderen.”

Bij sommige tekeningen, vooral van de heel gedetailleerde, priegelige, kwam bij mij het idee van Outsider Art op. Ik hoor van Walter dat er werk van een paar mensen van Archipel is opgenomen in de collectie van de Amsterdamse Hermitage. “In het dementieproces kan veel moois ontstaan, wat zonder dementie niet zou plaatsvinden. Ik doe aan talentontwikkeling bij demente ouderen.”

Ambulante zorgkunst

Het tekenen en schilderen is overigens niet voor iedereen geschikt. “Voor 75 procent van de mensen met dementie is het een goed middel. Je hebt daarnaast de ‘creatieve opvang’, bloemschikken en dat soort dingen. En natuurlijk de bingo. Dat daagt de mensen echter niet uit. De bedoeling van zorgkunst is mensen op een hoger niveau te brengen, het is een persoonlijke uitdaging. Het leidt tot groei van alle mensen die eraan meedoen. Ik bedenk niet alleen schilder- en tekenprojecten, maar ook poëzieprojecten. Wat er uitkomt is kwalitatief zo goed dat mensen van buiten er naar komen kijken.”

Vier dagdelen plus twee ochtenden is Walter er mee bezig. Het blijkt de nodige voorbereiding en verslaglegging met zich mee te brengen. Hij is er wel zo’n zestig uur per week mee kwijt. “Ik zit hier bij Archipel sinds 2011. Het is erg met mij verbonden. Ik probeer het daarom ook breder te maken. Om die reden heb ik ‘Ambulante Zorgkunst’ opgezet samen met Zorggroep Almere. Zes mensen doen er als zorgkunstenaar aan mee. Ze zijn drie maanden lang op een locatie en schuiven daarna door na een andere locatie. Al die locale projecten eindigen met een expositie / een muziekstuk / een poëziebundel."

Biografisch sprookjesproject

Walter maakt ook boekjes met poëzie. Die poëzie is de neerslag van gesprekken met ouderen. Hij pakt een paar boekjes erbij. “Die ouderen hebben een voorsprong omdat ze op een natuurlijke manier antwoorden. Als ik vraag ‘wat is schoonheid’ moeten ze natuurlijk even denken. Maar dan komt er wat. Dat schrijf ik letterlijk op. Ook dingen die ze zeggen over normen, waarden, filosofische gedachten. Op die manier is het boekje ‘Wijsheid vergeet je niet’ ontstaan. Ik probeer dit ook over te brengen aan anderen, om op die manier poëzie te maken.”

Hijzelf heeft het ook gedaan bij niet-dementerenden. Hij ging bij 28 mensen op bezoek, twee jaar lang, iedere keer anderhalf uur. Hij liet ze praten over hun leven. Uiteindelijk zijn er vier boekjes verschenen. Hij noemt het een ‘biografisch sprookjesproject’. “Naar aanleiding van wat er verteld werd, schreef ik een sprookje, gespitst op hun leven. Waarom heeft een bepaalde persoon juist deze dingen meegemaakt? Ik heb zo het idee dat je al de dingen die je meemaakt al in je hebt voordat je geboren bent. Bepaalde dingen moet je dan gaan leren, maar de opdracht daartoe komt van jezelf.”

Op een paneel van een bij anderhalve meter wordt dat sprookje gepubliceerd. In totaal tot nu toe 28 sprookjes. De Muren van Archipel is de expositieruimte.

Voorlezen in de klas

Hij liet een paar ouderen ook hun eigen sprookje voorlezen op basisschool ‘De Omnibus’. De kinderen kregen de opdracht tekeningen te maken bij het verhaal dat ze hoorden. “Als ouderen hun sprookje voorlezen in de klas, zijn de kinderen heel open. En dat is bijzonder voor de hedendaagse kinderen, want die zijn gewoonlijk nooit stil. Als ouderen geëmotioneerd raken door wat ze voorlezen, worden kinderen dat ook. Ze vertellen een levensverhaal dat soms dramatisch is. Dat ze in de oorlog als kind verantwoordelijk waren voor een heel gezin, bijvoorbeeld. Stel je dat voor. Dat is heel indrukwekkend.   

Hein Walter volgde de Academie voor Beeldende Vorming in Amsterdam. In 1985 studeerde hij af. Hij begon zijn kunstloopbaan als schilder, maar daar kwam al spoedig de literatuur en speciaal de poëzie bij. Hij is all-round kunstenaar en voor een deel zorgkunstenaar. Daarnaast is hij artistiek leider van de KVF, de Kunstenaars Vereniging Flevoland. De zorgkunstprojecten ontstaan vanuit stichting De Zijderups.

Afbeeldingen: 1) Annie Boelenkamp en Sjaan van Lunsteren, 2) Annie Boelenkamp, 6) Lies Cmyk, 7) Paard Cmyk, 8) Riet van der Werff, 9) Sjaan van Lunteren, 10) Tineke Zieltjens, 11) Tinke Zieltjens 2016, 12) Uit je hoofd schilderen, 21 mei 2014, 13) Annie Boelenkamp, 14 Sjaan van Lunteren

http://www.heinwalter.nl/ http://www.dezijderups.nl/ http://www.flevokunst.nl/lid/hein-walter

Circa:
Nee

Reageren

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
Aantal stemmen: 0