Inge van Haastert: “Ik zie geen ruimte, maar ervaar het toch”

Inge van Haastert: “Ik zie geen ruimte, maar ervaar het toch”

Op een warme augustusmiddag bezoek ik Inge van Haastert in haar atelier in een ateliercomplex in Schiedam-Zuid. Twee ventilators staan aan, zo warm is het. Aan de muren hangt haar werk: doorgesneden buizen met ronde gaten met veel diepte erin en een schilderij met meer vierkant-ronde vormen met nog grotere gaten erin dat doet denken aan de sculpturen van Henry Moore en Barbara Hepworth.

Ik had haar werk gezien in de WTC Art Gallery in Rotterdam, een expositie met ook werken van Astrid de Pauw en Pien van der Beek, en ik was toen onder de indruk. Qua beweeglijkheid heeft het wel wat weg van de kunst van Matisse.

Een separate manier van kijken

Haar schilderijen gaan over het zien, zegt Inge van Haastert. “Over het zien als zodanig. Ik heb een oogafwijking. Met mijn rechteroog zie ik alles, ook ver, met mijn linker alleen dichtbij. De ogen synchroniseren niet, ieder oog heeft zijn eigen systeem. Zo ontwikkelde ik van jongs af aan een separate manier van kijken. Ik ben het als thema gaan gebruiken. Een persoonlijke uitdrukking van mijn manier van zien. Ik zie geen ruimte, maar ervaar het toch, en die ruimte, die diepte zie je terug, met heel veel doorkijkjes.”

Feestslinger

Het werk ‘Feestslinger’ uit 2008 is een sleutelwerk.  Ze wijst het aan: een feestslinger met de kleuren groen, geel en paars. “Ik had een slinger als een plat pakketje gekocht in de feestwinkel.  Het pakketje viel open en ik zag toen dat iets plats ruimtelijk kan worden. Dat was een geweldige ervaring: ‘Ik kan ruimtelijk schilderen!’. Het was net echt, iets ‘over the top’. Ik ging vervolgens daarop door, waarbij ik bolle vormen liefst combineerde met platte dingen."

De kraan was open gezet. Ze wijst op een andere ‘feestslinger’ waar ze zes jaar geleden aan begon, een horizontale in de kleuren geel,  groen, blauw en oranje. Een aantal keren heeft ze er nog aan gewerkt, waarbij ze telkens het idee had dat het nog niet af was, maar nu, recent is het dan echt afgekomen.

Tom Poes kunst

Een ander sleutelwerk hangt rechts voor me: ‘Retro-stel’. Weer zijn er de gatenpatronen, maar de vormen zijn meer bolachtig/vierkant, in dit geval drie bollen links en drie rechts, met diepte en achtergrond. Inge: “Het is een gekke vorm, het deed me denken aan de jaren vijftig. Als er in strips en cartoons bij de ‘Flintstones’ en in de ‘Tom Poes’-verhalen moderne kunst getoond werd, zag je dit soort sculpturen met grote gaten. Het heeft wel wat weg van het beeldhouwwerk van Henry Moore en Barbara Hepworth.  Ik vond het heel grappig en maakte mijn eigen vertaling ervan. ‘Retro-stel' is de eerste van ook weer een serie.” Er kwamen ook kleinere ‘neven en nichtjes’, waarbij vaak details zijn uitvergroot, die achter me aan de muur te zien zijn.  

Coronatijd

De Coronatijd heeft daar een positieve rol in vervuld. “Corona heeft me gefocust op het heden. Dat viel heel goed uit. Ik heb veel werk gemaakt, zelfs meer dan normaal. Het Stedelijk Museum Schiedam kwam met het idee om aan plaatselijke kunstenaars een afbeelding van een corona-gerelateerd werk te vragen.  Daar werden affiches van gemaakt die  nu in de stad hangen. De orginele werken en de affiches werden vervolgens geëxposeerd in het Museum onder de titel ‘Troostkunst’. Daar heb ik ook aan mee gedaan. Alle kunstenaars ontvingen daarvoor een symbolisch bedrag. Dat vond ik zo'n goed project. Het Museum toonde het werk van de kunstenaars en betaalde hen ook. Het is nog te zien tot 4 oktober.”

Koninklijke Prijs

Inge van Haastert is in 1977 afgestudeerd aan de Academie voor Beeldende Kunsten in Rotterdam, nu Willem de Kooning Academie. In 1979 ontving ze de Koninklijke Prijs (de Koninklijke Subsidie) in het Paleis op de Dam uit handen van Koningin Juliana. “Dat heeft goed geholpen. Mijn werk kwam in de belangstelling van galeries. Het gaf een goede start. Later kwam ik in de BKR, de Beeldende Kunstenaars Regeling, daar was ik ook blij mee. Daardoor heb ik me kunnen ontwikkelen en zorgeloos kunnen experimenteren. Ik was vrij in wat ik maakte. Nog wat later kreeg ik bijbaantjes in de kunst, als adviseur. Bij het CBK* Rotterdam, Stroom Den Haag, in Almere, in Amsterdam. Je ziet waanzinnig veel, van kunstenaars waarvan je vaak nog nooit had gehoord. Je leert ook van het werk, en van de collega’s. In 2006 hield het op. Het kunstgeld en de commissiebaantjes.”

De Nieuwe Waterweg

Daarna vervulde ze andere bijbanen naast het kunstenaarschap. “In de  thuiszorg, de administratie, ‘organizing’. Ik was bijvoorbeeld ’s ochtends een vrouw aan het helpen in de thuiszorg, ’s middags aan de slag bij het CBK en dan kwam op het eind van de dag de gasmonteur langs en was ik al het verdiende geld kwijt. Op mijn 62e had ik mijn leukste bijbaan, op de administratie van een metaalrecycling bedrijf in Pernis met uitzicht op de Nieuwe Waterweg. Heerlijk. Nu ben ik blij met de AOW, dat maakt het leven weer zorgelozer.”

Tentoonstellingen

Binnenkort is werk van Inge van Haastert te zien in een paar tentoonstellingen: Bij de stichting KunstWerkt in Schiedam (15 augustus – 30 augustus) en van 6 september  – 18 oktober in Galerie Wijnstraat in Dordrecht (samen met Marijke Verhoef en Eddy Stikkelorum).

Afbeeldingen

1) Inge van Haastert, 2) feestslinger, 2012, 3) feestslinger 2020, in atelier, 4) halve open buis, 2020, 5) open buizen, 2019, 6) Passages, 2020, 7) Passages in landschap, 2019, 8) Plooisel 2x, 2020, 9) Retro duo, 2020, 10) Retro solo 2x, 2018, 11) Retro solo, 2018, 12) Retro-stel, 2017, 13, Volumes, 2019, 14) WTC Gallery, 2019-2020 

https://www.ingevanhaastert.nl/
https://www.facebook.com/inge.vanhaastert 

https://bit.ly/2QyUaGK

* = Centrum Beeldende Kunst  

Circa:
Nee

Reageren

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
Aantal stemmen: 0