Rabobank: Van Boerenleenbank naar Internationaal bankieren

De Rabobank, ooit begonnen als verzameling van verschillende coöperatieve agrarische banken. Nu uitgegroeid tot een internationale speler in de financiële sector, bekende sponsor van sport, kunst en cultuur. Maar het coöperatieve karakter - de kracht van de bank - is nooit verloren gegaan.

De oorsprong van de Rabobank ligt in het Duitse Hessendorf. Daar zag burgemeester Raiffeisen (1818-1888) eind 19e eeuw de armoede van zijn dorpsbewoners en wilde iets voor hen doen. Aanvankelijk richtte hij een liefdadigheidsvereniging op om het leven van zijn inwoners te verbeteren en een einde te maken aan heersende woekerpraktijken. Het effect van deze verenging was niet groot en Raiffeisen vormde in 1864 zijn creatie om tot een kredietvereniging, waar lokaal spaargeld bijeen gebracht werd om te kunnen voldoen aan de lokale behoefte aan krediet.

Samen sterker

Over de werking van zijn vereniging en de principes die daaraan ten grondslag lagen, schreef de burgemeester in 1866 een boek. In dit boek deed hij de principes van coöperatief bankieren uit de doeken. Enkele belangrijke principes: gelijke en onbeperkte aansprakelijkheid van de leden, gekozen bestuur uit eigen kring, kosteloos beheer, reservering van de winst, een lokaal werkgebied, plaatselijke zelfstandigheid, mogelijkheid tot aansluiting bij een coöperatieve centrale bank. Dit zijn nog steeds de basisprincipes van de Rabobank.

In Nederland werden de ideeën van Raiffeisen opgepikt door Pater Van den Elsen, die ijverde voor betere rechten voor boeren in Brabant. In 1898 richtte hij  in Eindhoven de Coöperatieve Centrale Boerenleenbank (CCB) op. Andere filialen volgden en de bank groeide gestaag. In 1972 gingen de Boerenleenbank in Eindhoven en de Coöperatieve Centrale Raiffeisen-Bank in Utrecht officieel samen één coöperatieve bank vormen. De naam van de nieuwe bank Rabobank werd samengesteld uit de namen van beide oorspronkelijke banken, Raiffeisen-Boerenleenbank.

De bank voor iedereen

Vanaf het ontstaan van de voorlopers van de Rabobank was de blik van de banken gericht op de klant en zijn financiële situatie. Eerst waren deze klanten vooral boeren en de agrarische sector, maar na de Tweede Wereldoorlog gingen de banken zich ook richten op de stad, particuliere klanten, het mkb en grotere zakelijke klanten. Zo werd de Rabobank meer en meer een bank voor iedereen. In de jaren zeventig werden de woorden ‘De bank voor iedereen’ de slogan van de Rabobank, om aan te geven dat ze zich niet alleen richten op de agrarische sector.

Langzamerhand werd ook de dienstverlening van de bank aangepast aan de zich uitbreidende doelgroepen. Er verschenen producten en diensten op het gebied van verzekeringen, woninghypotheken, persoonlijke leningen en effectenbeheer. Ook werd het mogelijk om via de Rabobank een reisje naar een warm oord te boeken en later volgden uitbreidingen naar vastgoed, leasing en generatie gerelateerde diensten, zoals de Generatie Hypotheek.

Internationaal perspectief

Inmiddels is de Rabobank niet meer weg te denken uit Nederland en heeft een belangrijk marktaandeel verworven.  Vanaf de jaren zeventig, tachtig volgde de Rabobank de trend van haar zakelijk klanten en sloeg haar vleugels uit in het buitenland.  In 1981 werd het eerste buitenlandse kantoor in New York geopend. In 2010 is de bank al 46 landen actief.  Het van oorsprong agrarische, coöperatieve en lokale karakter van de bank is ook in het buitenland terug te vinden. De Rabobank is aanwezig in belangrijke landbouwgebieden en zet daar haar kennis en expertise in voor de lokale gemeenschap en is zo uitgegroeid tot dé bank voor de agrarische industrie wereldwijd.


Tags

Reageren