Cultuur & Europa (18), Pauline Terreehorst

Het faciliteren van de cultuur tussen landen – het zijn het soort uitspraken die al bij voorbaat notities, vergaderingen en meerderheidsbesluiten suggereren.

 En dan is er ook nog dat intrigerende woord ‘tussen’, waarmee verondersteld wordt dat er een onbekend gebied bestaat ter rechter- en linkerzijde van twee culturen, een ‘derde’ cultuur, die de oudere twee verbindt. Alsof de veel oudere klassieke Europese cultuur de twee jongere niet juist heeft voortgebracht.

Mode

Nu is ondersteuning van cultuur altijd goed – want er is nooit geld genoeg voor het schone, het goede en het ware (er gemakshalve van uitgaand dat ‘ondersteuning’ inderdaad ambtelijke geheimtaal is voor euro’s). Maar wat moer er dan gesteund worden?

Sprekend over het domein van de mode kom je al snel tot de slotsom dat de mode al lang zijn bestaansrecht ontleent aan het verbinden van verschillende culturen: hoog en laag, oost en west, man en vrouw – om de belangrijkste te noemen. En omdat de mode een eclectische kunstvorm is, haalt ze haar inspiratie overal vandaan. De mode is grenzeloos.

Visual Culture

Daarmee bevindt de mode zich in het goede gezelschap van meerdere 20e eeuwse kunstdisciplines, zoals de eveneens in deze eeuw tot wasdom gekomen fotografie, de film, de architectuur, de industriële vormgeving, de grafische vormgeving, de Visual Culture van de analoge en digitale media.

Zij allen behoren min of meer tot de massacultuur. Voor zover er al gemeenschappelijke, esthetische uitgangspunten gelden, zijn die relatief los van de oudere disciplines – schilderkunst, literatuur, theater, muziek – ontwikkeld. Ze zijn gebaseerd op appreciatie van grote groepen die niet terug te voeren zijn tot een nationale identiteit.

Ze behoren tot de wereldcultuur en zijn te vinden in wereldwijd gepubliceerde tijdschriften zoals Vogue, Elle, Wallpaper en de drieletter-multimedia IHT, MTV en CNN.

Bela Balazs

Voor vormgevers / kunstenaars – waar ook ter wereld – is het van levensbelang om deel uit te maken van deze wereldwijde communities, om toegang te hebben tot al die media, om ‘erbij’ te horen. Als er dus cultuur gefaciliteerd moet worden tussen Europese lidstaten, en dat moet, dan zou de nadruk moeten liggen op het vergemakkelijken van de toegang tot cruciale netwerken.

Dat betekent: platforms en events creëren waar ontwerpers / kunstenaars elkaar kunnen ontmoeten en hun werk kunnen presenteren. Het is een oud – Europees – ideaal dat door het kennis nemen van ieders bestaan (en het accepteren van verschillen) een bijdrage geleverd wordt aan de wederzijdse, vreedzame verstandhouding.

De Hongaarse filmtheoreticus Bela Balazs dacht in de jaren twintig van de vorige eeuw dat door de close ups van gezichten in de zwijgende films van die dagen als vanzelf respect zou ontstaan tussen sterk van elkaar verschillende volken, waardoor de film zo een bijdrage zou leveren aan de wereldvrede. Hij kreeg helaas geen gelijk.

Mabel Wisse Smit

Maar iets van dat oude ideaal zou door kunnen klinken in nieuwe initiatieven waarbij kunstenaars (van filmers tot modeontwerpers) de gelegenheid krijgen te profiteren van gunstige omstandigheden voor de ontwikkeling van hun discipline.

Voor de mode zou dat kunnen betekenen : het toegankelijk maken van bijzondere – soms eeuwenoude – technieken die nog steeds te vinden zijn in de oudere economieën van alle Europese lidstaten. Het bruidstoilet van Mabel Wisse Smit kon alleen gemaakt worden met Franse zijde, Italiaanse schoenen en typisch Nederlands ironisch ontwerptalent – van Viktor & Rolf.

Op reis

Anderen kunnen, soms in hetzelfde land, juist heel nieuwe mogelijkheden tot productie ontdekken vanwege, bijvoorbeeld, de stand van de chemische industrie. Zo’n uitwisseling van adressen en ideeën kan al in een vroeg stadium, op academieniveau, tot heel bijzondere resultaten leiden. Hier wordt immers de basis gelegd voor de latere beroepspraktijk.

Kortom: faciliteer het reizen van vormgevers / kunstenaars, letterlijk en figuurlijk. Begin daarmee op zo’n laag mogelijk niveau. Vervolgens kunnen we er alleen het beste van hopen.

Pauline Terreehorst is directeur van het Amsterdam Fashion Institute, Hogeschool van Amsterdam.

Tegenwoordig is Pauline Terreehorst directeur van Plaza Futura,  onderdeel van Natlab Eindhoven.    

Circa:
Nee

Reageren

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
Aantal stemmen: 0