Marco Bakker vertelt

Op de 212e Fotografenavond in Café Kalkhoven was Marco Bakker te gast. Marco Bakker, uit Edam, is een portretfotograaf die bezig is met de finishing touch van de publicatie ‘Running before the Wind, Portraits of Vali Myers’ met foto’s van Marco en quotes uit haar brieven (1980-2002) aan Gianni Menichetti geselecteerd door Gianni.

We zien een foto van haar met de titel ‘Walking Stick’ waarop ze is vastgelegd met zwart omlijste ogen en een getatoeëerd snorretje. Op de tafel ligt een dummy van de publicatie. Het zijn twee cahiers, één met de foto’s en eentje met de quotes uit de brieven in een zwarte doos. Voor de eerste 50 intekenaars van de genummerde en gesigneerde editie zit er ook een barietfoto bij.

Van der Elsken

Aloys licht toe dat Marco in het leven van Vali Myers is gedoken naar aanleiding van het boek van Ed van der Elsken ‘Een liefdesgeschiedenis in Saint-Germain-des-Prés’. Dat boek verscheen voor het eerst in 1956, bij De Bezige Bij, en betekende de doorbraak van fotograaf Ed van der Elsken. 

Aloys: Hoe ben je in de fotografie verzeild geraakt? Marco Bakker: “Als 12 jarig jongetje, wonend in Edam, kreeg ik interesse in Ed (van der Elsken). Hij woonde in ons stadje, onder aan de dijk. Na de middelbare school koos ik voor een foto-opleiding in Den Haag (indertijd de MTS voor Fotografie, inmiddels onderdeel van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten). Ik besefte dat ik hierdoor een ander leven zou gaan leiden dan dat van mijn ouders, avontuurlijker, uitdagender. Fotografie was voor mij een alibi om mensen te ontmoeten en naar plekken te gaan. Het bleek een brede opleiding te zijn met goede, interessante docenten. ”

Hij koos uiteindelijk  voor de portretfotografie. “Ook met de gedachte dat ik altijd mijn eigen dingen wilde doen, en alleen maar opdrachten.”

Vali Meyers

Marco kende Vali Myers van Ed van der Elsken’s ‘Een liefdesgeschiedenis in Saint-Germain-des-Prés’. Toen Ed van der Elsken overleed in 1990, ontdekte hij dat Vali, een van de twee hoofdpersonen uit het boek, nog leefde. “Ik zag dat in de aftiteling van het boek ‘L’Amour, Foto’s 1950-1990’. Het boek was samengesteld door Anneke Hilhorst, zijn vrouw. Toen ik Anneke belde vertelde ze dat Vali inderdaad nog leefde en in Italië woonde. Ik vernam dat ik het best een brief kon sturen en dat deed ik.”

Vali was oorspronkelijk een Australische, wonend in Melbourne. Op haar 19e vertrok ze naar Parijs om een dansopleiding te gaan volgen. Ze  woonde in de straten van de wijk Saint-Germain-des-Prés op de linkeroever. Het waren de  jaren vijftig , de overlevers van de Tweede Wereldoorlog pakten het leven op in een bohemien-achtige sfeer met veel cafébezoek waar het nieuwe geluid van de jazz klonk.

Liefdesverhaal

Marco: “Dat trok veel jonge mensen aan, ook het buitenland, onder andere Ed van der Elsken. Hij ontmoette allerlei groepjes mensen die hij fotografeerde, en raakte gefascineerd door Vali. Er liepen meer (latere) beroemdheden rond, maar zij trok vooral zijn aandacht. Veel mensen werden door haar geïnspireerd. Ze werd een soort muze voor Ed. Aan de hand van de foto’s die hij schoot, bedacht Ed een fictief (liefdes)verhaal met de hoofdpersonen Ann en Manuel. Vali vond het maar niks dat ze Ann genoemd werd. ‘Ik heet niet Ann’.” Het boek werd iconisch, het betekende de doorbraak van Ed van der Elsken, 31 toen, maar ook Vali, 26 toen, kwam ermee op de kaart.

Positano

Toen Marco Bakker haar benaderde was ze ruim 40 jaar ouder, 70. “Ze verdeelde haar leven tussen Melbourne en Positano, Italië. Ze schreef me terug: ‘we kunnen afspreken in Italië’ in dat mooie handschrift van haar. Ze woonde in een vallei met 30 honden, 40 katten, kippen, varkens en een paling. Daar woonde ze al sinds haar 40e. Ik naar Italië, maar ze was er niet. Gelukkig was Gianni (Menichetti), haar ruim 20 jaar jongere minnaar, er wel. Hij had al dertig jaar een relatie met haar. Terwijl hij de beesten verzorgde, ging Vali de wereld in. Zo ging ze vaak naar NY in verband met haar tekeningen.”

Een paar maanden later trof hij haar wel in Italië. “Ze was veel met die dieren bezig. Ze kon alles met die beesten. Ik heb een foto van de haan daar, die had ze helemaal in haar macht.” Ze zag er bijzonder uit, rood haar, zwart omrande ogen, en veel tatoeages, onder andere de namen van haar doodgeschoten honden op haar voeten. Ook Gianni had grote tatoeages.”

Kunstwerken

Ze was kunstenaar, maakte gedetailleerde, hippie-achtige tekeningen. “Als ze in New York was, logeerde ze in het Chelsea Hotel, daar had ze haar eigen kamer. Ze had daar veel contact met Andy Warhol en vrienden. Andy zei haar ‘Reproduceer je werken en maak er posters van’. Dat deed ze.  Ze hield de originelen, en ze leefde van de reproducties. In een enkel geval verkocht ze een origineel. Zo kwamen bijvoorbeeld Mick Jagger en Marianne Faithfull bij haar op bezoek in de vallei en betaalden 20.000 dollar voor een tekening.”

In tegenstelling tot haar voorkomen was ze erg down-to-earth. “Ze vertelde veel verhalen. Onder meer over de kunstenaars met wie ze was opgetrokken en met wie ze nog steeds contact had. De namen van Dali, Warhol, Appel, Vinkenoog, Debbie Harry en Shinkichi Tajiri kwamen geregeld voorbij. Ik kreeg het idee ook deze mensen op te zoeken, voor zover nog in leven. Ik heb het inderdaad gedaan en er een serie van gemaakt. Het idee om er ook een boek van te maken bleek moeilijk realiseerbaar. Uiteindelijk kwam het er niet van. In 2003 overleed Vali Meyers aan maagkanker. ‘Ik heb 72 fantastische jaren gehad’, zei ze toen, ‘die ziekte doet me niks, iedereen overlijdt, iedere kever, iedere vogel, iedereen’. “

30 jaar brieven

Daarna hield Marco altijd contact met Gianni, ook over een eventuele publicatie van zijn foto’s van haar. Met name van de foto’s die hij maakte van een fotosessie, twee jaar voor haar overlijden. “Dat was een sessie van drie dagen. Met Gianni had ik het over de vormgeving van een publicatie. ‘Ik heb over een periode van 30 jaar brieven van haar’ zei Gianni, de mooiste quotes daaruit kun je bij de foto’s plaatsen’. Uiteindelijk is dit idee uitgemond in de op de tafel liggende cahiers in zwarte doos. Het is een project van ons drieën: Vali, Gianni en ik, mede door de handgeschreven quotes van Vali bij de foto’s. Die heeft ze indertijd voor mij geschreven in een notitieboekje”. 

De publicatie, met de eerste  genummerde oplage van 50 en nog eens ongenummerd 50, met een prijs van 100 euro was in drie weken uitverkocht. De nog eens ongenummerde 50 is bijna uitverkocht. “Het meeste heb ik verkocht via posts op mijn Instagramaccount, het grootste deel ging naar Australië.”

Aloys: Zijn er nog vragen?

Annelies: Welke camera gebruik je? “Voor analoog een Hasselblad, en digitaal Nikon.

“Ik sprak met Koos Breukel over analoog. Hij heeft het voormalige Rode Kruis gebouw in Vinkeveen ingericht als analoog fotocentrum, genaamd het ‘Instituut voor Intuïtieve Antropologie’.  Met Doka’s, pers- en werkruimtes, daar kunnen een aantal fotografen gebruik van maken. Hij suggereerde om een barietprint bij de genummerde oplage te doen. Dat was een goed idee dat ik heb overgenomen.”

Aloys: Ed heeft sommige foto’s veel te donker afgedrukt in ‘Een liefdesgeschiedenis in Saint-Germain-des-Prés’.  Anderen: Dat deed hij expres, om de donkere sfeer in het Parijs van toen te benadrukken.

Chris: Wat denk je van een boek met je portretten? “Dat wordt moeilijk, gezien de fotoboekenmarkt. Maar zeg nooit nooit.”

Chris Hoefsmit: Mijn ervaring is dat analoge fotografie een andere instelling vereist (dan digitale). Marco Bakker: “Het vereist een grotere concentratie, je moet het doen in die 12 beelden.” Hoefsmit: Met die twaalf beelden stopte ik op zeker moment bij shot 7. Mijn mooiste beeld had ik al, dacht ik. En het klopte.” Bakker: “Cartier-Bresson kwam voor een opnamesessie bij Susan Sontag. Hij maakte welgeteld een foto. ‘Moet je niet meer?’ vroeg Sontag. ‘Ik heb ‘m al’ was de reactie.”

Chris: Is een tentoonstelling rond deze publicatie denkbaar? “Misschien. In New York wordt het Chelsea Hotel compleet gerenoveerd. Een aantal vaste bewoners houdt hun kamer die zodoende in de oude sfeer in stand blijft. In Vali’s kamer woont een Australische fotograaf. Een expositie in haar voormalige kamer zou ik een mooi idee vinden.”

Heb je de andere Marco Bakker weleens gefotografeerd? “Ja, maar niet als portret.”

Aloys: een Applausje voor Marco Bakker.

Foto’s

1- 3) Kees Funke Küpper  4) "Vali & Gianni" (c) Marco Bakker 2000, 5) Vali Meyers met Rooster, (c) Marco Bakker

https://marcobakker.com/
https://www.instagram.com/marco_bakker_photographer/

 

 

 

 

   

Reageren