Wim Kok

Wim Kok, een echte polderjongen

De afgelopen weken las ik de biografie van Marnix Krop over Wim Kok ‘Wim Kok, een leven op eigen kracht’. Het is het eerste deel, dat loopt van 1938 tot 1994. Er komt nog een tweede deel, van 1994 tot 2018.  Op het eind van deel 1 is hij net premier. In het Torentje ging hij, nadat hij de portefeuille van Ruud Lubbers overgedragen had gekregen, flinke tijd op de vloer liggen.

Hij wilde de werkelijkheid tot zich door laten dringen, hij was premier! Maar hij lag er ook omdat hij moe was van alle inspanningen. Maar die vermoeidheid verdween al snel. Op de eerste ministerraad, met ministers als Gerrit Zalm, Hans Dijkstal, Winnie Sorgdrager, Hans van Mierlo, Els Borst en Hans Wijers, was hij compleet ontspannen, gemakkelijk pratend, goed geluimd en de vergadering strak leidend. Marnix Krop: “Alsof hij eindelijk op zijn vanzelfsprekende plek was aanbeland.”

Van de Dijklaan naar het Binnenhof    

Hij had een lange weg afgelegd. Vanuit een eenvoudig huisje aan de Dijklaan in Bergambacht in de Krimpenerwaard, een uitgestrekte polder, ingeklemd door rivieren, naar de mulo, de hbs, Nijenrode,  naar de Bouwbond (NVV), het NVV-bestuur, het voorzitterschap NVV, het voorzitterschap FNV (na de fusie van NVV en NKV), het fractievoorzitterschap PvdA Tweede Kamer, minister van Financiën in het kabinet Lubbers III tot minister-president van twee (paarse) kabinetten Kok.

Boeken

Vader Kok was timmerman, aanvankelijk los arbeider, niet altijd zeker van inkomsten. Hij was penningmeester van de afdeling Bergambacht van de Bouwbond. Er waren geen boeken in huis, maar de kleine Wim had al snel de boeken uit de schoolbibliotheek en vervolgens de plaatselijk leesbibliotheek uitgelezen. Toen hij daarmee klaar was, mocht hij bij het schoolmeester Verhoeven zaterdagsmiddags langskomen om boeken uit diens boekenkast te lezen.  

De Bouwbond

Hij kreeg van huis uit een grote weerzin tegen sociale onrechtvaardigheid mee. Aan alles wat hielp om dit te verminderen wilde hij graag een bijdrage leveren. Met een beetje geluk kwam hij, via zijn latere schoonvader Jaap Roukema, bij de Bouwbond, als assistent van economisch adviseur Heinz Umrath, een voor Hitler gevluchte Duitser. Met hem mocht hij af en toe mee Europa in. Hij werd economisch medewerker en ging zich na een tijdje focussen op loononderhandelingen die – in de opbouw na de oorlog – in het teken stonden van de ‘geleide loonpolitiek’. Een enkel keertje mocht hij met Umrath op bezoek bij het hoofdkantoor van de NVV. 

Rita

In 1965 trouwt hij met Rita Roukema in Londen. Hij leerde haar kennen toen hij op kamers woonde bij Jaap Roukema, die bij de NVV werkte, en zij met haar twee kinderen ook in deze woning introk. In 1967 stelt hij zich kandidaat voor een plaats in het bestuur van de Bouwbond. Twee jaar later, op dertigjarige leeftijd, komt hij namens de Bouwbond in het hoofdbestuur van de NVV. Hij zit dan in het hart van de Nederlandse vakbeweging.  

Lang(er) haar

Het zijn de jaren zestig met de democratisering en culturele veranderingen, die ook in de vakbeweging gaan doorwerken. Wim Kok laat zijn haar groeien en draagt ribfluweel en spijkerstof. In het bestuur van de NVV concentreert hij zich op volkshuisvesting, waarmee hij al ervaring had bij de Bouwbond, en kreeg hij de internationale portefeuille: ontwikkelingssamenwerking en Europa. Hij leerde de SER kennen, de ‘tempel’ van het poldermodel. Hij liet zich af en toe maatschappijkritisch uit.

Twee Wimmen (3x)

Drie maal vormde Wim Kok een koppel met een andere Wim, en iedere keer was het effectief. De eerste Wim was Wim Spit, de tweede Wim Meijer en de derde Wim Duisenberg. Het eerste koppel was een koningskoppel. Wim Spit van de NKV was een grote voorstander van een eenwording van de vakbeweging. De oudere Spit hielp Kok de weerstanden tegen het samengaan te effenen. In 1974 was de basis gelegd, en twee jaar later, op 1 januari 1976 ging de FNV van start.

Tien jaar later, 1986, is er het koppel Wim Kok – Wim Meijer als Kok overstapt van de vakbeweging naar de PvdA-fractie in de Tweede Kamer. Meijer was vice-voorzitter van de fractie en maakte het Kok mogelijk goed te ‘landen’ in de politiek, waar toch weer een heel andere cultuur heerste dan in de vakbeweging. Meijer wees hem op de regels en gebruiken en stelde zijn contacten beschikbaar. Hij spoorde Kok aan dat hij vaker leiderschap moest tonen.

Drie jaar later, in 1989, is Kok minister van Financiën in het kabinet Lubbers III en vervolgens van 1994 tot en met 2002 minister-president. In die periode komt er voor de derde keer het Wim-koppel, nu met Wim Duisenberg, die in 1998 de overstap maakte van president van De Nederlandsche Bank naar het voorzitterschap (de eerste)  van de Europese Centrale Bank in Frankfurt. Kok en Duisenberg hadden veel met elkaar te maken, beiden immers ooit minister van Financien namens de PvdA, en stemden vaak af.

Felix Rottenberg

Een andere persoon met wie Kok goed kon samenwerken was Felix Rottenberg. Hij vormde met Ruud Vreeman vanaf 1992 een duo als partijvoorzitter. Rottenberg wilde een nieuwe politieke cultuur in de partij en wist dat ook tot stand te brengen. Kok was een heel ander type, maar hij waardeerde de actieve Rottenberg. Hij kreeg de partij weer in beweging na het WAO-echec van 1991.

De WAO-crisis

De WAO was volgelopen met overtollige werknemers, was een soort afvloeiingsregeling geworden. Wim Kok pakte dat niet goed aan. Krop: “Hij deed bijna alles verkeerd wat hij verkeerd had kunnen doen.” Hij zat met zijn handen in het haar en wilde de handdoek in de ring gooien. Rita spoorde haar man aan toch maar naar Den Haag te gaan. In Den Haag ontfermden Ter Beek, d’ Ancona, Alders en Pronk zich over hem. Vooral Jan Pronk sprak hem moed in. Langzaam herstelde Kok zich en begon hij een ‘mars’ langs de afdelingen, culminerend in een partijcongres, 28 september 1991, in De Vereeniging in Nijmegen.     

Familieman

In tijden van tegenslag en van voorspoed bleef Wim Kok een familieman die met Rita en kinderen spelletjes speelde en op vakantie ging (naar de camping of in huisjes in Frankrijk). Zoon Andre, met een verstandelijke en lichamelijke beperking, vergde de nodige aandacht. Hij bleef echter volop deel uitmaken van het gezin.     

Annus Mirabilis

1994 is het Annus Mirabilis. Volkomen onverwacht staat Wim Kok op 22 augustus op de zonovergoten trappen van Paleis Huis ten Bosch, naast Koningin Beatrix, en zijn paarse ploeg. Hij had een voorkeur voor centrum-links, maar hij werd premier van paars, vooral door de interne strijd binnen het CDA (Lubbers-Brinkman). En dat zou maar liefst acht jaar duren, tot 2002. Nederland leerde een nieuwe Wim Kok kennen, niet meer de gestrenge Minister van Financiën, maar een man van vlees en bloed, uit een herkenbare omgeving: de polder van Bergambacht.

Het Akkoord van Wassenaar

De man die in 1982 naam maakte met het ‘Akkoord van Wassenaar’, het polderakkoord tussen werkgevers en werknemers. Met werkgeversvoorman Chris van Veen was hij overeengekomen loonmatiging in te zetten voor rendementsherstel en arbeidstijdverkorting. Daarmee hielp hij de Nederlandse economie op weg naar structureel herstel.

•  Er is nog meer: we noemen het even kort. In 1991 het Nederlandse voorzitterschap van Europa  en de Eurotop in Maastricht met een blauwdruk voor een Europese Monetaire Unie en een Europese Politieke Unie, de invoering van een munt en een centrale bank.

•  De knappe afwikkeling van de 'affaire Zorreguieta'. 

•  De gebeurtenissen in Srebrenica, die leidden tot een vervroegde afloop van het Kabinet Kok II in 2002.

•  Het vervullen van enige commissariaten na zijn politieke loopbaan, die leidden tot discussie en kritiek.

Tot slot: het neoliberalisme

We vatten het samen: Wim Kok was een kind van de verzuiling, levend in de sobere beslotenheid van de Rode Familie. Hij ontwikkelde zich via de vakbond en de politiek. Zijn stijl was zakelijk. Hij hield afstand, hield niet van ‘small talk’. Hij toonde zich rechtschapen en betrouwbaar, in woord en daad. Hij dacht strategisch en tactisch tegelijk, kon beslissingen forceren, maar ook afwachten. Het neoliberalisme kwam op en ‘Paars’ was daar de manifestatie van.

Het neoliberalisme leek alleen maar voordelen te hebben en Kok ging daarin mee. Hij trok de ideologische veren uit de sociaal-democratie. Of hij achteraf daar zo gelukkig mee zou zijn geweest?

Marnix Krop: ‘Wim Kok, een leven op eigen kracht’, uitgeverij Prometheus 2019, ISBN 9789044632842, prijs 34,99 euro.

https://uitgeverijprometheus.nl/nieuws/vier-ballen-nrc-wim-kok-marnix-krop.html

http://bit.ly/2tAJFuH

Functie / titel:
minister-president
Geboorte- en sterfdatum:
29 september 1938 / 20 oktober 2018
Plaats geboorte:
Bergambacht
Plaats sterven:
Amsterdam
Sekse:
Man
Woonplaatsen:
Bergambacht, Amsterdam
Persoonscategorie:

Reageren

  • 1
  • 2
  • 3
  • 4
  • 5
Aantal stemmen: 0